3.Waarom heeft de televisie reclame zich op deze manier ontwikkeld?

Hypothese
De reclame heeft zich op een manier ontwikkeld omdat mensen/bedrijven en reclamebureaus steeds meer tactieken wisten om de mensen te paaien voor hun producten.

In 1991 breekt er een vernieuwing door bij de reclame, de mediawet wordt gewijzigd.  Voortaan kunnen ook in Nederland commerciële radio- en televisiestations op de kabelVeronicaRTLSBS 6 en -iets later- NET 5 zorgen voor een explosieve toename van de reclamezendtijd. Tussen 1991 en 1994 groeien de reclamebestedingen met 50% naar 12,3 miljard gulden.

Direct-mail, speciale spaaracties (‘Flippo's’), billboards, bus- en treinreclame zorgen voor de uitbreiding van de reclamemiddelen. De consument ondergaat een overvloed aan reclameprikkels. Hij ‘zapt’ steeds vaker tv-reclame weg. En intussen verandert zijn levensstijl door de razendsnel opkomende mobiele telefonie en het internet (inclusief ‘e-commerce’). In dit klimaat verlangen adverteerders meer dan ooit naar reclame die de consument raakt (‘impact’) en weet te binden aan hen merken. Die wens betreft bij uitstek de onmisbare, maar dure tv-commercials. Juist deze sector blijkt dan ook de wieg voor vernieuwingen.[1]

Soms zitten mensen ook niet te wachten op reclames als ze bijvoorbeeld naar een televisieprogramma aan het kijken zijn maar daarom gebruikt men ook soms sluikreclames. Sluikreclame is eigenlijk een vorm van promotie, omdat het geen directe aanbeveling in zich draagt, hooguit een impliciete: het blijft een subtekst. Het gaat dan om het beschikbaar stellen van producten voor televisieprogramma's of films zodat deze producten zichtbaar en identificeerbaar zijn voor de kijker. Voorbeelden van dit laatste zijn bijvoorbeeld de producten van een bouwmarkt in een klusprogramma, een duidelijk zichtbaar merk op een personal computer, of bepaalde herkenbare versnaperingen. Dit heet wel product placement: bepaalde producten worden immers middenin de uitzending "geplaatst". Product placement is lange tijd verboden op de Nederlandse televisie en radio.

In de geschiedenis van de Reclame reageren de mensen of vinden de mensen op een andere manier reclames leuk en vinden ze sommige reclames niet meer interessant genoeg. Daardoor moeten bedrijven steeds meer manieren/tactieken verzinnen door de jaren heen om hun product te verkopen. Dit doen ze met de volgende tactieken:

  • Herhaling: Om te zorgen dat hun product of merk goed herkend wordt, gebruiken veel reclamemakers herhaling.
  • Groepsgeest: Door te impliceren dat al veel mensen het product gebruiken, spelen de reclamemakers zowel in op het gevoel 'erbij te willen horen', als op de vermeende risicoreductie die hiervan uit gaat.
  • Getuigenissen: Om de superieure kwaliteit van hun product aan te tonen, gebruiken reclamemakers verklaringen van gewone gebruikers, experts of allebei.
  • Actiegeoriënteerd: Door mensen onder druk zetten om snel te kiezen zonder al teveel bedenktijd hopen reclamemakers impulsaankopen te genereren.
  • Associatie: Reclamemakers proberen hun product te associëren met aangename of begeerlijke dingen  om hun eigen product even begerig te maken. Hiervoor gebruiken zemodellenlandschappen en ander vergelijkbaar beeldmateriaal.
  • Mental Preference: Techniek om mensen op een of meerdere van hun mentale denkstijlen aan te spreken: logisch; pragmatisch; emotioneel of creatief.
  • Aspirationele leeftijd: Door de boodschap te richten op de aspirationele leeftijd van de doelgroep, wordt deze voor de daadwerkelijke doelgroep aantrekkelijker.
  • Teasing: Een techniek waarbij de reclamemakers de nieuwsgierigheid van de consument willen prikkelen: ze doen de consument gissen naar het product dat achter de advertentie zit. [2]

 

Reclame beïnvloedt de mens op hun doen en laten en wat ze wel of niet moeten kopen,  zonder reclame zouden bedrijven niet hun nieuwe producten kunnen verkopen. In de 20ste eeuw is er veel onderzoek verricht naar de demografie ( de welvaart van families, beroep etc. ) van Nederland. Hierdoor willen reclamebureaus erachter komen met zulke enquêtes wat  de interesses zijn en wat de bevolking of een bepaalde doelgroep wil. Daardoor kunnen ze kortere effectievere slagzin verzinnen. Ook wordt er veel in de reclame gebruikt met beroemdheden zodat de normale mens zichzelf ‘’kunnen zien’’ in de beroemdheden. Ze kunnen als een rolmodel overkomen.[3] We nemen bijvoorbeeld de reclames met Tineke Schouten die nu het beeld bij de reclames van c1000 is. Tineke Schouten is een bekende  cabaretière . In 1 van de reclames die ze heeft opgenomen voor de C1000 doet ze een aantal typetjes bij de partijhandel, deze reclames blijf je onthouden.


Uit Enquêtes voor ons reclamefilmpje is gebleken dat sommige tactieken die hierboven vermeld staan wel werken maar sommige ook niet voor kinderen. Kinderen zijn een belangrijke doelgroep. Omdat wij ook een reclamefilmpje gaan maken hebben wij een onderzoek gedaan onder basisschool leerlingen van groep 5 t/m 8 wat zij belangrijk vinden aan een reclame en wat niet. Uit de enquête is eruit gekomen dat vooral voor kinderen van groep 5 t/m 8 met 74,5 % belangrijk is dat de reclame grappig is. Verder moet de reclame ook indrukwekkend/spectaculair zijn met 45,46 % . Kinderen van groep 5 t/m 8 moeten het kunnen herinneren maar het moet ook niet te vaak langs komen met de tactiek herhaling, want dan is het weer te veel van het goede voor 0,90 % .  Ook moeten voor de kinderen een reclame niet vervelend gaan worden , dan wordt het volgens hen een slechte reclame wat voor 70,91 % geldt maar een slechte reclame kan ook worden door slecht acteerwerk, te duidelijk of niet duidelijk genoeg of reclames die te lang duren.
Er worden ook wel eens producten aangeprezen in reclames, de kinderen van groep 5 t/m 8 zullen vooral kennis maken met de tactiek groepsgeest , dat ook andere hem hebben etc. 1.82%  heeft daar belang bij maar vooral is voor deze groep belangrijk dat het product er goed/leuk uitziet.
Reclame bepaalt niet alleen het koopgedrag van basisschoolleerlingen, voor 64.55 % kopen ze wel eens een keer een product van een reclame maar soms ook niet.  Getuigenissen en teasings kunnen ook gebruikt worden in reclames voor kinderen. Wij hebben onderzocht of kinderen van deze leeftijd ook wel eens iets kopen maar later er beter uitzag op de reclame dan in het echt. 50,91 % heeft dat wel eens gedaan want het werd zeer goed aangeprezen. 19.09 % heeft dat niet gedaan want deze kinderen zagen dat het een misleidende reclame was. En 30,00 % koopt alleen wat hij of zij nodig heeft.[4]

Conclusie
Doordat er in 1991 een nieuwe mediawet is gekomen veranderden de verschillende reclames en kwamen er ook commerciële zenders bij. Er ontstond nieuwe reclame middelen.  Door de jaren heen reageren mensen anders op reclames en zijn er andere tactieken nodig om mensen jouw product te laten kopen. Ook is er in de 20e eeuw veel onderzoek verricht naar het welzijn etc. om een beeld te krijgen voor doelgroepen voor een bepaald product. Daardoor kunnen ze kortere effectievere slagzin verzinnen. Ook wordt er veel in de reclame gebruikt met beroemdheden zodat de normale mens zichzelf ‘’kunnen zien’’ in de beroemdheden. Ze kunnen als een rolmodel overkomen. Kinderen reageren weer op een andere manier op de reclames, het moet grappig zijn , niet vervelend worden en het maakt niet uit voor kinderen of ze een product op een reclame hebben gezien ze kopen het wanneer ze het leuk vinden.

 
 
Uitslag van de gehouden Enquetes:

Ben je een jongen of een meisje?
- jongen 59x
- meisje 51x

In welke groep zit je?

-          Groep 5  22x

-          Groep 6  23x

-          Groep 7   28x

-          Groep 8   37x

Wat vindt je dat een tv reclame goed maakt? ( je mag meerdere antwoorden aankruisen )

-          Als deze grappig is 82x                                                      74,5 %

-          Als er een goede boodschap achter zit 37x                    33,64 %

-          Als deze ingrijpend is 8x                                               7.27 %

-          Als deze indrukwekkend/spectaculair is 50x                  45,46 %

-          Anders: dat hij leuk is , dat je de reclame snapt wanneer er een grapje inzit, interessant en leuk is , als er sport in voor komt , wanneer een reclame niet te vaak en niet te irritant is, wanneer er een product in voor komt, als hij echt is, dat er meer kinderen meedoen, leuk muziekje, als het gezellig is.

Wordt je wel eens ontroerd door een tv reclame?

-            Ja  28x                                  25,46 %

-          Nee  82x                                  74,54 %


Waardoor vindt je dat een tv reclame slecht wordt? (Je mag meer antwoorden aankruisen)

-          Irritatiegehalte (vervelend) 78x               70,91 %

-          Slecht acteerwerk 47x                          42.73 %

-          Te duidelijk/niet duidelijk genoeg 30x     27,27 %

-          Anders: als het saai is 6x , als het heel flauw is , dat de reclame te lang duurt , lelijk beeld ,  als de reclame te vaak komt , met ondertiteling, als ze het overdreven doen, als er gegil in voor komt.


Wanneer ga je iets kopen dat je in een tv reclame hebt gezien? ( Je mag meer antwoorden aankruisen)

 

-          Als ik denk dat ik het nodig heb 46x                  41,82 %

-          Als ik het er leuk uit vind zien 51x                     46,36 %

-          Als de reclame me heeft aangesproken 42x       38,18 %

-          Anders: als ik het supermooi vind, als ze iets zeggen over het product, als het supergaaf is , eerst kijken of het leuk is, als het iets leuks is (4x), dat het werkt (2x) , als meer mensen het hebben en het bevalt bij hun (2x) , felle kleuren

 

Heb je ooit wel iets gekocht dat je zonder een reclame nooit ontdekt had?

 

-          Ja wel eens een keer 71x          64.55 %

-          Ja, best vaak 22x                     20,00 %

-          Nee 17x                                   15.45 %

 

Heb je wel eens iets gekocht wat er op de tv reclame beter uitzag dan in het echt?

-          Ja, want het werd zeer goed aangeprezen 56x               50,91 %

-          Nee, want je kon zien dat het een misleidende reclame was 21x             19,09 %

-          Nee, ik koop alleen wat ik echt nodig heb 33x                30,00 %


[1] Wilbert Schreurs,  Reclame in de ban van vernieuwing
In; Geschiedenis van de reclame in Nederland ( hoofdstuk 8 ), Utrecht , 2001.

[2] s.n. Reclame, http://nl.wikipedia.org/wiki/Reclame, 18 november 2011 (laats geüpdatet) , 24 november 2011

[3] Clive Gifford, ontwikkelingen in de markt
In:  Reclame en Marketing  , Etten-Leur , 2006

 

[4] Enquête voor reclame filmpje Stichting Jeugdpret, 2012.

Maak jouw eigen website met JouwWeb